02/06

Dylan Borlée vindt stilaan zijn draai na postolympische dip

borlee-dylan-2019-wk-doha-belga-3

Dylan Borlée.

Pittig weekendje heeft Dylan Borlée erop zitten. Zaterdag liep hij de 200m bij de IFAM, zondag de 400m in het Franse Forbach. Vooral in Oordegem kwam hij goed voor de dag. Beetje bij beetje vindt de Belgian Tornado zijn draai terug na een lastige periode die volgde op de Olympische Spelen in Tokio.

Het is een klassiek fenomeen, de postolympische dip. Vier jaar – en als gevolg van de coronapandemie werd dat vijf jaar - heb je toegewerkt naar dat grote doel, daarna kan het even zwaar worden. Ook Dylan Borlée/OEH had er last van. “Na de Spelen heb ik het behoorlijk moeilijk gehad”, geeft hij toe. “De 400 meter vraagt mentaal veel en ik loop die nu toch al een heel aantal jaren. Hoe mijn oudere broers dat al zo veel jaren volhouden, dat snap ik niet. Onlangs heb ik het ze op training nog gezegd: ‘jullie zijn gestoord’. Na Tokio was het echt even lastig, maar ik probeer stapje per stapje mijn draai terug te vinden.”

Zaterdag benaderde Dylan met 21”08 zijn persoonlijk record over 200 meter tot op één honderdste. “Ik zou graag eens onder die 21 seconden duiken, maar met deze chrono kan ik zeker leven”, vertelt hij daarover. “Het is weer een stukje sneller dan vorige week.” In Lokeren klokte hij 21”29.

Zondag noteerde de Belgian Tornado 46”42 over 400 meter, nog een heel eind boven zijn persoonlijk record van 45”55. “Je moet ooit aan die 400 meters beginnen, maar ik mis nog wat weerstand”, zegt Dylan. “De afgelopen weken heb ik nog wat gezondheidsproblemen gekend, dus de voorbereiding was zeker niet ideaal. Dat heeft voor wat vertraging gezorgd in mijn planning.” Een tweede 400 meter volgt in principe op 16 juni in Bern, al kan er tussendoor eventueel nog een wedstrijd bij komen.

Komende zomer wachten zowel het WK in Eugene als het EK in München, met zoals elk jaar individuele én estafetteambities. Eén concreet doel heeft Dylan daarbij nog niet. “Ik bekijk het week per week. Mijn doel is gewoon om een goed gevoel te vinden in de 400 meter”, legt hij uit. “Welke kampioenschappen mij dat oplevert, zien we dan wel. Het is zaak om een zekere ontspanning te vinden, want soms wordt de stress allemaal een beetje te zwaar.”

Forceren wil de Belgian Tornado in deze fase van het seizoen alvast zeker niet doen. “Ik wil mij met de twee kampioenschappen in het vooruitzicht deze zomer niet te vroeg opbranden. Dat is ook de reden waarom ik weinig indoor heb gelopen. Als ik in de loop der jaren iets heb geleerd, is het dat je genoeg energie moet overhouden om te pieken op de grote kampioenschappen”, besluit hij.