12/03
Door de muur met Vanessa Sterckendries: "Tegen het einde van de training ben ik soms onderkoeld"
Vanessa Sterckendries.
Foto: Luc DEQUICK
Hoe zien jouw trainingsweken eruit?
"Op maandag, woensdag en vrijdag doe ik krachttraining en op dinsdag, donderdag en zaterdag werp ik. Dinsdag train ik twee keer, want dan staat er ook nog spurt en sprongen op het menu."
In welke zin evolueren de trainingen doorheen het jaar?
"In het begin van de winter doe ik meer herhalingen in de krachttraining. Zes keer acht herhalingen bijvoorbeeld. Ik werp dan ook met zwaardere kogels, de spurten zijn langer en ik doe meer sprongen. Het is meer opbouwen en minder explosief werk. Dat duurt twaalf weken. Daarna houd ik een testweek waarin ik kan vergelijken waar ik sta tegenover het jaar voordien. Daarna wordt alles wat specifieker. Dan gaan we meer richting het explosieve en doe ik bijvoorbeeld nog vijf keer vijf herhalingen."
Wat heeft die testweek je dit jaar geleerd?
"Tot nu toe heb ik al elk jaar vooruitgang geboekt, nu ook. Bij een testje met de hamer gooide ik twee meter verder dan vorig jaar. Normaal zou ik nu toewerken naar de Winter Throwing Cup, maar die is afgelast, dus train ik door richting paasstage in Belek."
Wat is voor jou het belang van zo'n stage?
"Het gaat mij vooral om het weer. Hamerslingeren kan je niet binnen trainen, dus ik sta alle dagen buiten, ook bij min tien. Soms ben ik echt onderkoeld tegen het einde van de training. Tijdens een stage in de zon kan ik veel meer worpen productief afwerken."
Wat zijn jouw favoriete trainingen?
"Ik doe alles graag. Uiteraard gooi ik graag, maar ook de krachttraining doe ik met plezier. Vroeger lag dat anders, dan dacht ik vaak 'moet ik hier nu weer met die zware gewichten gaan heffen'. Maar in 2019 heb ik een switch gemaakt. Ik zag de gewichten heel erg naar omhoog gaan en begon er plezier in te scheppen."
Is er dan helemaal geen training die je niet graag doet?
"Misschien de lange spurt. En dan bedoel ik 50 à 60 meter, voor mij is dat al lang. Ik doe liever 20 à 30 meter. Na 40 meter zie je mij echt al knokken om aan de finish te geraken."
Welke trainingen vind je het zwaarst om te doen?
"De krachttraining in de winter. Dat is twaalf weken aan een stuk heel veel herhalingen. Na negen weken ben ik dat kotsbeu, maar dan moet ik nog drie weken. Ik ben altijd blij als het midden januari is en die trainingen achter de rug zijn. De eerste weken heb ik daar heel veel spierpijn van. Zelfs op een stoel zitten is dan pijnlijk. Maar écht zwaar zou ik dat nu ook niet noemen. Werpers gaan nooit lang in het rood. Wij doen geen trainingen waar je van moet overgeven."
Jij traint bijna elke dag alleen. Is dat lastig?
"Ik ben altijd blij als ik op zaterdag mijn coach zie omdat ik dan iemand heb om tegen de babbelen, maar alleen trainen is eigenlijk een gewoonte geworden. En in het Sportkot in Leuven kom ik bijna altijd wel iemand tegen om een praatje mee te maken. Als je alleen traint, voel je je lichaam beter aan. Als ik op zaterdag naar mijn coach trek, weet ik hem meestal al te zeggen wat er verkeerd zit. Dan zegt hij voor de grap wel eens 'wat sta ik hier nog te doen?'."
Hoe bouw jij de trainingen af in functie van een belangrijke wedstrijd?
"Vorig jaar heb ik daar veel mee geëxperimenteerd. Ik heb geleerd dat ik niet te kort en te weinig mag trainen. In 2019 was ik altijd heel fris, maar dat werkte niet. Ik heb 24 uur op voorhand nog een lichte krachttraining nodig. Een heel klein beetje vermoeidheid gaat mij goed af, en waarschijnlijk heeft dat ook met spierspanning te maken. De triggertraining op de laatste dag dient om de spieren wakker te maken."