28/12

Topsporters op rust met Zenobie Vangansbeke

belgaimage-50838770-full

Zenobie Vangansbeke tijdens het EK Veldlopen in 2013 in Belgrado

In de tweede editie van onze eindejaarsspecial brengen we het verhaal van Zenobie Vangansbeke, een van de sterkhouders in het Belgische afstandslopen van de afgelopen jaren. In @letiekleven 55 blikt Zenobie tijdens een uitgebreid gesprek terug op haar carrière en de mentale uitdagingen van het topsportbestaan.

Zenobie Vangansbeke nam maar liefst vijf keer deel aan een EK veldlopen en was ook een keer van de partij op een WK in het veld. Op de piste verdiende ze op jonge leeftijd haar strepen met deelnames aan internationale kampioenschappen bij de jongerencategorieën. Na haar afscheid van de sport trekt ze nog geregeld de loopschoenen aan, maar competities zitten er niet meer in. 

Op een hand te tellen

In het vijfde middelbaar startte Zenobie aan de topsportschool. Voor haar overstap trainde Zenobie op haar club KAAG samen met Aaron Botterman bij Noël Vergaerde en won ze bijna alle wedstrijden. “De wedstrijden dat ik als cadette of als scholiere verloor zijn op één hand te tellen, waardoor je wel eens nadenkt over je eigen capaciteiten om toch die stap naar topsport te maken. Samen met de trainer hebben we beslist om in te stappen in de topsportschool.”

Op het einde van het kampioenschap

“Ik had soms de luxe om mij te kwalificeren voor meerdere nummers, zoals voor de 1500m en 3000m voor het WKU20 in 2010. Op dat moment koos ik voor het nummer dat mij toen het beste lag en voor het wereldkampioenschap was dat de 1500m. In 2010 kwam een beetje mijn doorbrak, want op het EK veldlopen in Albufeira werd ik zesde bij de U20 en het jaar nadien werd ik vijfde op de 1500m op het EKU20 in Tallinn. In de winter werd ik dan opnieuw vijfde op het EK veldlopen. Dat waren prestaties waar ik mezelf toch verbaasde. Een PR lopen geeft een fantastisch gevoel, maar het zijn die tijden die ervoor zorgen dat je kan deelnemen aan kampioenschappen. Dankzij die internationale wedstrijden ben ik op plaatsen in Europa en in de wereld geweest waar ik anders nooit zou zijn geweest. De 1500m viel altijd op het einde van een groot kampioenschap en je leeft daar gefocust naartoe. Dus een hele dag supporteren in het stadion is niet ideaal, veel wedstrijden zag ik dan ook niet. Je gaat naar een kampioenschap om te presteren. Je leert natuurlijk zoveel mensen kennen dat het een geweldige ervaring bleef waarvoor ik heel dankbaar ben.”

Waarom ben ik niet gelukkig?

“Toen ik nog studeerde was ik eliteatlete bij de federatie en kreeg ik ook ondersteuning vanuit Topsport Vlaanderen. Op die manier kon ik mijn stages bekostigen en dat was op dat moment voldoende. Na mijn afstuderen begon ik als leerkracht, want het grote geld verdien je niet in atletiek, zeker niet als je geen contract bij Sport Vlaanderen hebt. De overstap van B- naar A-atleet is ook gigantisch, dus ik moest gewoon gaan werken om alles rond te krijgen. Op een bepaald moment wil je ook op je eigen benen staan en werd de keuze voor mij gemaakt. In het begin werkte ik 4/5 om de combinatie met atletiek mogelijk te maken. Maar als de prestaties uitblijven, dan blijven de contracten ook uit. Hoewel ik alles had om gelukkig te zijn, geweldige vrienden en familie, een huis en een fijne job, was ik niet gelukkig. Die vraag heb ik mezelf heel vaak gesteld. Nu ik ben gestopt, spookt die vraag steeds minder door mijn hoofd. Het is opvallend, want nadat ik stopte kreeg ik vaak te horen van vriendinnen dat ik opnieuw mezelf was. Ik was minder snel op mijn tenen getrapt en was minder prikkelbaar. Die laatste jaren was ik mezelf voor een groot stuk verloren en zelf heb ik dat nooit opgemerkt.”

Alleen waardering voor het resultaat

“Nu train regelmatig mee met de trainingsgroep van Tine Bex in Gentbrugge, maar zonder verwachtingen of wedstrijdambities. Ik moest ook vanaf nul beginnen, zonder mijn records van vroeger voorop te stellen. Dat was niet gemakkelijk, want ik weet wat het is om deel te nemen aan kampioenschappen en bij de beste van België te horen. Op school kreeg ik soms de vraag of ik nog steeds liep, want ze zagen mijn naam niet meer bovenaan de uitslag. Die vragen kwamen hard binnen, want ik trainde toen nog altijd zes keer per week. Het is spijtig dat mensen je prestaties alleen maar waarderen op basis van je resultaten. Ik werd op een bepaald moment twaalfde in de CrossCup, maar de mensen weten niet wat daar allemaal aan vooraf is gegaan. De afgelopen jaren waren de prestaties minder, dus ik ben een beetje gestopt in mineur. Misschien dat ik het daarom moeilijk vind om met trots terug te kijken op alles wat ik heb gepresteerd. De sport heeft mij gemaakt tot wie ik vandaag ben. Ik heb zoveel mooie dingen mogen meemaken en er zijn oneindig veel zaken die het lopen mij heeft bijgebracht waarvoor ik ontzettend dankbaar ben.”

Lees het volledige interview met Zenobie Vangansbeke in @letiekleven.