Internationale meeting Luik: Belgian Falcons doen uitstekende zaak voor EK

Dé vedette van de avond was – op haar eigen trainingspiste – uiteraard Nafi Thiam/RFCL. Ze was nog wat moe van het BK en paste daarom voor de 100 meter horden, maar bevestigde in het hoogspringen wel met winst en 1m91, één centimeter onder haar seizoensbeste. En bovendien: voor een tweevoudige olympische kampioene is gewoon maar aanwezig zijn al genoeg om héél veel volk te trekken. En zo geschiedde. Bevestigen deed ook Thomas Carmoy/CRAC in het hoogspringen met een derde plaats en 2m23, eveneens één centimeter onder zijn seizoensbeste. Eerder op de dag kreeg Thomas het heugleuke nieuws dat hij via de World Rankings naar het WK in Eugene mag. In het polsstokspringen toonde Arnaud Art/FCHA dat hij stilaan weer met de grote jongens begint mee te spelen door over 5m41 te gaan, zijn beste sprong in drie jaar tijd. Het leverde de tweede plaats op.

In de 100 meter horden haalde Anne Zagré/RESC het in een degelijke 13”09. Ook zij bevindt zich in de laatste rechte lijn naar het WK. In de vlakke 100 meter was Rani Rosius/AVT als tweede de beste landgenote in 11”46, Imke Vervaet/RCG benaderde als vierde met 11”56 haar persoonlijk record tot op één honderdste en lijkt klaar voor Eugene. Over 400 meter bewees Helena Ponette/HCO haar nieuwe status als vaste waarde bij de Cheetahs door als tweede overall en eerste Belgische te finishen in 52”25, ruim voor Naomi Van den Broeck (52”62) en Paulien Couckuyt/VAC (53”34). In de 800 meter liet Vanessa Scaunet/CABW een prima indruk door als zesde 2’03”02 te klokken. Ze verstevigt haar World Ranking, die er hoe dan ook al gunstig uitzag voor het EK in München.

Falcons krijgen uitzicht op EK

Bij de mannen was Nolan Vancauwemberghe/MOHA een van de grote uitblinkers. Hij snelde naar een vijfde plaats en 13”85 in de 110 meter horden en wordt zo dertiende allertijden. In de 200 meter was Robin Vanderbemden/SER als tweede de snelste Belg in 20”83. Daarna was Robin ook startloper van de Belgian Falcons in de 4x100 meter. Samen met Jordan Paquot/SER, Simon Verherstraeten/LYRA en Kobe Vleminckx/LYRA snelde hij naar een hele mooie 39”48, op 43 honderdsten van het negentien jaar oude Belgisch record. De Falcons zijn nu zestiende op de Europese ranking, terwijl uitgerekend de top zestien naar München mag.  

“Onze chrono’s gaan in stijgende lijn en dat is het positieve”, zegt kapitein Kobe. “Maar als je ziet hoeveel tijd we laten liggen, is dat toch zonde. Robin zat te dicht op Jordan, Jordan te dicht op Simon en Simon mistrapte zich, waardoor ik moest afremmen. Zo zijn we makkelijk een halve seconde kwijt. Zuur, maar niet onlogisch omdat we nog zoeken naar onze perfecte opstelling en niet alle wissels op punt staan. Volgende week lopen we nog in Hongarije en dat zal waarschijnlijke onze ‘last shot’ zijn om ons definitief in de Europese top zestien te nestelen. Daar hopen we minstens een lage 39’er te lopen. Robin is er daar jammer genoeg niet bij. Hij probeert zich de komende weken nog individueel voor het EK te plaatsen.”

Pieter-Jan Hannes met uitstapje naar oude liefde

In de 400 meter stonden alle drie de broers Borlée nog eens aan de start. Heel leuk om zien, maar helaas liep het voor Jonathan Borlée/OEH op een sisser af. Hij liep een hamstringblessure op en geeft forfait voor het WK. De winst ging naar Kevin Borlée/OEH in 46”10. Kevin kreeg eerder op de dag te horen dat hij ook individueel mag lopen in Eugene, zijn zevende (!) WK al, waarvan zes individuele deelnames. Dylan Borlée/OEH was tweede in 46”18. Over 400 meter horden was Dries Van Nieuwenhove/EA net als op het BK de snelste landgenoot met een tweede plaats in 50”42.

De ongebruikelijke 600 meter betekende voor Eliott Crestan/SMAC zijn terugkeer naar de competitie na een stressfractuur aan het heiligbeen. Hij deed het met een vijfde plaats in 1’17”94 behoorlijk en stapt zaterdag op het vliegtuig naar Eugene. In de 1.500 meter was Pieter-Jan Hannes/ACHL enigszins verrassend de beste Belg na een sterke slotronde. Hij klokte een degelijke 3’40”81.

“Eigenlijk ben ik best tevreden”, zei Pieter-Jan na afloop. “Ik had héél graag nog eens onder 3’40 gelopen, omdat dat mijn twintigste keer was geweest, maar deze tijd is goed, vooral omdat ik daar totaal niet voor getraind ben. Het is letterlijk jaren geleden dat ik nog specifiek 1.500 meterwerk gedaan heb. Het was een mooie vlakke koers met rondjes in 59 à 60 seconden en een slotronde in 57 seconden. Of ik nu weer meer op de 1.500 meter ga inzetten? Nee, want in het beste geval zit er 3’37 in. Daar koop ik niks mee. Ik blijf in de maand juli voor de steeple gaan. Het was een blij weerzien met een oude liefde, maar dat wil nog niet zeggen dat je er meteen mee in bed moet duiken.”

De uitslag van de Internationale atletiekmeeting in Luik vind je hier.