02/01

Door de muur met Merel Maes: “Hoogspringen is leuk, maar alleen als het goed gaat”

maes-merel-2022-wku-belga-1

Merel Maes.

Hoe trainen onze beste atleten? En hoe vaak trainen ze? Welke training doen ze graag? De antwoorden op dat soort vragen vind je in onze reeks ‘Door de muur’. Vandaag aan het woord: hoogspringster Merel Maes, afgelopen zomer nog goed voor brons op het EK voor scholieren.

Merel, hoe zien jouw trainingen er momenteel uit?

“Vorige week was ik nog op stage in Tenerife en daar heb ik veel kunnen trainen. Je moet met niets anders rekening houden, waardoor ik vaak twee trainingen op een dag kon doen. Thuis train ik vijf tot zes keer per week, en op woensdag de hele namiddag. Momenteel ben ik redelijk algemeen aan het trainen. We doen veel hoogspringtechniek, maar ook veel loopwerk met zowel spurt als uithouding. Ik doe ook een beetje horden en verspringen voor de algemene ontwikkeling. Die variatie vind ik wel leuk. Eén of twee keer per week zit ik bij de kiné.”

Doe jij een indoorseizoen, en zo ja, zijn de trainingen daar nu al op afgestemd?

“Ik ga wedstrijden doen deze winter en de hoogspringtrainingen die we doen zijn daarom redelijk specifiek, maar ik zie het indoorseizoen eerder als training. Zo kunnen we technische dingen testen. Het winterseizoen is deel van het proces en dat geldt eigenlijk ook voor de zomer. Echte doelen heb ik niet. Ik ben nog jong en Fernando (Oliva, haar coach, red.) legt alle nadruk op het proces. Komende zomer is er een EK U20, maar dat is een detail voor ons. En dat vind ik leuk. Vroeger legde ik mezelf te veel druk op.”

Vind je deze periode van het jaar van onafgebroken training zonder wedstrijden leuk of snak je naar competitie?

“Persoonlijk vind ik dat leuk. Ik ben niet iemand die per se staat te springen om wedstrijden te mogen doen. Ik vind het aangenaam om even door te trainen.”

Zit er een vaste structuur in jouw trainingsweken?

“In schoolweken wel. In de vakantie train ik wat extra. Als ik school heb is maandag en dinsdag lopen, woensdag hoogspringen en kracht, donderdag kiné, vrijdag hoogspringen, zaterdag lopen en zondag rust.”

Train jij liefst binnen of buiten?

“Buiten, zeker als het warm is. Indoor trainen is niet zo mijn ding.”

Wat is je favoriete stagelocatie?

“Ik ben nog maar op drie plaatsen geweest: Cyprus, Belek en Tenerife. Tot nu toe is Cyprus mijn favoriet, maar dat had ook met de leuke groep te maken. Ik was er met de paasstage van de VAL en het hotel was ook goed. In Turkije zijn er wel iets meer mogelijkheden, zeker voor krachttraining.”

Wat is jouw favoriete training?

“Ik doe alles graag, maar dan kies ik toch voor de echte hoogspringtrainingen. Die kunnen ook wel stresserend zijn. Hoogspringen is leuk, maar alleen als het goed gaat. Als de laat te vak naar beneden valt, is het helemaal niet leuk.”

De stress die de hoogspringlat met zich meebrengt, werk je daar aan?

“Het is heel veel verbeterd sinds ik bij Fernando train. Vroeger had ik het daar heel moeilijk mee, maar Fernando vindt het mentale even belangrijk als het fysieke.”

Wat vind je de zwaarste trainingen?

“Dat hangt ervan af hoe ik me voel. 150’en bijvoorbeeld kunnen leuk zijn, maar ook heel zwaar. Hetzelfde met krachtcircuitjes.”

Je combineerde hoogspringen lang met voetballen. Mis je die oude liefde?

“Vorig jaar ben ik, na een moeilijke winter met een trainerswissel en twee blessures, gestopt met voetballen. Het was niet meer te combineren. Lange tijd heb ik niet willen toegeven dat de combinatie onmogelijk was, maar uiteindelijk bleek het toch zo. Ik vind het nog altijd jammer, want in een teamsport is het wel leuk dat niet alles op jou gericht is.”