Wout Bex wil in schoonheid afsluiten en hoopt op PR tijdens BK U23

Tijdens het BK van komende zondag zal september dik over de helft zijn, en dus is het zomerseizoen al vijf maanden aan de gang. Niet evident om de vorm zo lang te rekken. “Ik voel wel dat het een lang seizoen is geweest”, zegt Wout Bex/LOOI. “Maar anderzijds heb ik al elk jaar goed gepresteerd in september en dat hoop ik ook nu weer te doen. Ik verwacht niet superveel, maar ergens zit ik toch stiekem op een persoonlijk record te hopen. Ik loop niet per se voor de titel, maar wil wel een goeie tijd lopen.”

Over zijn deelname aan het BK heeft Wout ondanks de late datum op de kalender niet hard moeten nadenken. “Voor mij was het altijd duidelijk dat ik er zou lopen”, vertelt hij. “De wedstrijd stond al lang aangekruist en ik wil er echt nog eens goed lopen. Mijn laatste 400m horden dateert wel al van een vijftal weken geleden, maar ik denk wel dat het zal lukken. Ik liep nog een goeie 300m in Ninove (34”36, red.) en de trainingen gaan ook niet slecht.”

De specialist van de 400m horden traint nu al zes jaar bij Patrick Himschoot. In deze fase van het seizoen zien de trainingen er wat anders uit. “Het is nog best zwaar, maar vooral heel specifiek”, zegt Wout. “Meer dan twee of drie keer acht à negen horden lopen is het niet. We doen niet veel volume meer.”

Over zijn seizoen, met als voorlopig hoogtepunt zijn 51”23 van begin augustus, is Wout tevreden. “In januari had ik nog een stressfractuur aan de voet”, klinkt het. “De revalidatie heeft lang geduurd. Toen de andere jongens in de groep al wedstrijden liepen, was ik nog niet op spikes aan het lopen. Dus over de tijden die ik daarna nog gelopen heb, mag ik zeker niet klagen. Mijn vooruitgang was volgens mij vooral een totaalpakket: ik ben sneller en sterker geworden. We hebben niet op één aspect gefocust.”

Om de volgende jaren nog sneller te gaan, wil de Limburger vooral in de laatste rechte lijn nog beter worden. “Daar verlies ik nog veel tijd”, weet hij. “Het is een beetje een kwestie van techniek, want op horde acht wissel ik van been, maar mijn linkerbeen is niet super. Het is ook een beetje krachtuithouding en mijn passenritme beter vol kunnen houden. Momenteel doe ik vijftienpas tot de achtste horde, en daarna zestien. Eens ik alles in vijftien passen rond krijg, wil ik mijn eerste deel in veertien passen doen. Daar zit nog ruimte voor progressie.”

Volgende week krijgt Wout rust. “Normaal neem ik één week volledige rust en dan nog twee of drie weken relatieve rust waarin ik wat ga joggen”, legt hij uit. Tijd om op vakantie te gaan is er niet, want het academiejaar start. De hordeloper studeert voor kinesist. “Ik neem niet alles op, en heb nu mijn eerste bachelor en een stukje van mijn tweede afgewerkt. De combinatie loopt goed. Ik heb een balans gevonden”, besluit Wout.