14/01
Door de muur met Renée Eykens: “Twee keer op een dag lopen is voor mij niet echt nuttig”
Renée Eykens.
Foto: Belga
Zit er een vast stramien in jouw trainingsweek en zo ja, hoe ziet dat eruit?
“Momenteel doe ik twee pistetrainingen per week, eentje indoor en eentje outdoor. Daarnaast werk ik vooral aeroob, en ik heb ook een wekelijkse rustdag. De meeste trainingen staan momenteel vooral in functie van het herstellen van de pistetraining, maar we proberen toch ook mijn conditie voldoende te onderhouden. Ik probeer ook stilaan wat frisser te worden in aanloop de wedstrijden die er in februari hopelijk komen.”
Hoe zien die twee pistetrainingen per week eruit?
“De indoortraining is de meest intense en gaat richting wedstrijdspecifieke prikkel voor de 800 meter. In een eerste blokje deed ik trainingen met weinig rust, bijvoorbeeld 5x(400m-200m) met 90 seconden rust. De intensiteit lag nog niet superhoog, 64 of 65 seconden op een 400 meter. Momenteel ligt het tempo nog hoger, maar heb ik meer rust. Reeksjes van 300m-200m-100m aan wedstrijdtempo bijvoorbeeld. Outdoor zijn de afstanden iets langer. In de koude moet je ook wat anders tewerk gaan. Ik deed bijvoorbeeld eens 2x(1000m-800m-600m). Dat is meer het 1.500 meterwerk.”
Hoeveel keer per week train je?
“Ik doe zes looptrainingen. Deze winter heb ik nog maar één keer tweemaal op een dag gelopen, het lijkt me voor mij niet echt nuttig. Het levert me niet zo veel op. Daarnaast doe ik in principe twee keer kracht en twee keer corestability, maar nu in de examens beperk ik mij tot eentje van elk.”
Waar train jij graag?
“Sinds ik met Stef train, doen we de pistetrainingen in Gooreind. Daar is heel veel natuur. Het is er superrustig en daar kan ik echt van genieten. Op de indoorpiste in Louvain-la-Neuve train ik ook graag, die is goed. En bij mijn duurlopen ga ik op zoek naar afwisseling. Ik probeer nieuwe locaties te zoeken en zo veel mogelijk op onverharde bodem te lopen. Onlangs trok ik nog naar De Inslag in Brasschaat. Heel mooi.”
Heb je een favoriete training?
“Het gaat mij eerder om de afwisseling. Als ik in de winter meer kilometers doe, kijk ik uit naar een snellere pistetraining, zeker als ik die indoor in T-shirt kan afwerken. Maar ook van een duurloop die goed gaat, kan ik genieten. Het is leuk om te kunnen zeggen dat je twaalf of dertien kilometer gelopen hebt.”
Zijn er ook trainingen die je niet graag doet?
“Eigenlijk niet. Maar ik kan wel opkijken tegen een training en er ook stress voor hebben gewoon omdat ze zo zwaar is. Dat is een heel andere beleving. Het is verre van genieten, maar achteraf ben ik blij dat ik mijn grens heb opgezocht. Als ik geen zin heb in een training, is dat eerder door mijn algemene moed: omdat ik moe ben, omdat het pijpenstelen regent of als ik er alleen voor sta.”
Heb je mentaal soms moeilijke momenten op training?
“Ik heb zeker al zware momenten gekend. Afgelopen zomer bijvoorbeeld, of na het EK in Berlijn. Dan is het heel frustrerend. Je doet alles voor je sport, maar de resultaten zijn er niet. Op den duur begint dat door te wegen. Je moet blijven gaan en erop vertrouwen dat er een kantelpunt komt, maar soms blijft dat lang weg. Soms is het een worsteling en het loopt zeker niet vanzelf, ook momenteel niet. Lopen betekent ook zo veel voor mij dat een slechte training een grote impact op mij heeft. Al heb ik wel geleerd dat er nog meer is in het leven dan alleen atletiek.”
Wat is de zwaarste training die je ooit gedaan hebt?
“Op het EK in Berlijn, waar ik gevallen ben, bleef ik doortrainen omdat ik daar toch was en mijn toernooi meteen afgelopen was. Daar heb ik enorm hard gelopen op training, misschien ook uit frustratie. Het was ook emotioneel, omdat ik voelde dat ik enorm goed zat maar het niet kon laten zien. Daarnaast heb ik vorig jaar in april een hele goeie training gedaan, met een gevoel dat ik nooit eerder had. Ik deed een 600 meter in 1’30 gevolgd door een korte rust en een 200 meter net onder de 30 seconden. Daarna volgde een lange rust en nog een 300 meter in 41 seconden.”