17/04

De olympische droom van Jolien Boumkwo

boumkwo-jolien

Jolien Boumkwo.

Parijs is nog ver, maar niet meer zó ver. Tokio ligt nog vers in het geheugen – het kwam dan ook een jaartje later dan voorzien – en toch doemen de volgende Spelen al op aan de horizon. We laten onze eliteatleten aan het woord over hun traject naar Parijs en hun ultieme olympische droom. Vandaag kogelstootster Jolien Boumkwo.

Dag Jolien, je bent net terug van een stage in Monte Gordo. Hoe is die verlopen?

“Ik was daar negen dagen en het is heel positief verlopen. Ik had nergens last van en het was de eerste keer met mijn nieuwe coach Paul Wilson. Het is een opkikker om in een nieuwe trainingsomgeving te verkeren en te voelen dat het goed gaat.”

Waarom ben je weggegaan bij Tom Corstjens, waar je goede resultaten mee boekte?

“Het klikte langs beide kanten niet meer. Rutger Smith heeft mij twee weken opgevangen, maar toen heb ik gezegd dat ik echt naar Paul wilde en heeft Rutger mij daarin gesteund. Ik ben blij dat dat in een goede verstandhouding is verlopen. Ik wist dat Paul de coach was van Chase Ealey en Scott Lincoln en heb hem een berichtje en een video opgestuurd. Hij antwoordde dat hij eens wou babbelen en van het één kwam het ander. Hij werkt net als Tom heel erg in functie van het kogelstoten, ook bij krachtoefeningen. Voorlopig zie ik vooral gelijkenissen en weinig verschillen.”

Hoe lukt het om onder een coach te trainen die in het Verenigd Koninkrijk gebaseerd is?

“Twee keer per week houden we een videocall om technische zaken te bespreken, en tijdens de training stuur ik hem video’s op. Alles gebeurt momenteel online, maar ik zou graag één keer per maand naar Leeds trekken om met hem te trainen. Met fysieke aanwezigheid is alles toch nog iets anders.”

Jouw indoorseizoen was minder dan vorig jaar. Hoe kwam dat?

“Het was absoluut niet goed. Een polsblessure heeft roet in het eten gestrooid en ik kon mij niet optimaal voorbereiden, maar ook technisch was het aan het floppen. Het was een combinatie van factoren.”

Zijn jouw olympische kansen geslonken door dat minder indoorseizoen? Je bent momenteel 38e, terwijl de top 32 naar Parijs mag.

“Ik heb zeker tijd en kostbare punten verloren, dat is een feit. Maar ik blijf overtuigd van mijn kans. Anders was ik niet voor die coachwissel gegaan. Hopelijk klikt alles op tijd. Mijn eerste wedstrijd is voorlopig op 30 april in Spanje. Misschien doe ik tevoren al iets, maar de plaatsen zijn beperkt. Gelukkig is het met een paar goede wedstrijden in orde voor Parijs.”

Welk belang hecht je aan het EK in Rome?

“Het lijkt mij een logische stap om eerst het EK te doen en dan de Spelen. Het is belangrijk voor mij om het EK te halen. Naar de ranking kijk ik niet, dan moet je de hele tijd met andere atleten bezig zijn. Ik wil de limiet van 18m00 gooien en liefst ook die van 18m80 voor de Spelen.”

Parijs was een drijfveer om je aan een comeback te wagen. Hoeveel zou het voor jou betekenen om daar te staan?

“Onbeschrijflijk veel. Dat zou echt top zijn. Dan toon ik aan mezelf dat er veel mogelijk is als je je hoofd erop zet. Die olympische droom is gegroeid van toen ik jong was. De Spelen van 2004 keek ik met mijn mama en broer op tv en ik was onder de indruk. Dat wilde ik ook. Het is leuk om nu zelf voor die droom te gaan.”  

Zie jij Parijs als jouw eerste en laatste Spelen? Of wil je nog vier jaar door tot Los Angeles 2028?

“Als het kan overweeg ik zeker om nog vier jaar door te doen, zolang ik het met mijn job kan combineren. Momenteel heb ik vierenhalve maand vrij binnen een regeling van de Vlaamse overheid voor topsporters, maar normaal werk ik voltijds. Na de Spelen moet ik opnieuw even bekijken hoe ik alles kan plannen.”